Reményik Sándor: Akarom
Akarom (Magyar)Akarom: fontos ne legyek magamnak.
|
Mijn wil (Holland)Ik wil niet: belangrijk voor mijzelf zijn
Baksteen in eindeloze muur wil ik zijn, Een trap, waarop anderen omhoog gaan,
Een werktuig dat heel diep in de grond graaft,
Maar de tarwe is niet zijn verdienste.
Ik wil liever wind zijn die de zaad spreidt,
Maar de bloembladeren toch niet opent,
Wanneer mensen op de velden wandelen,
Laat ze de bloemen dan bewonderen.
Ik wil een doekje zijn dat tranen veegt,
Of stilte die altijd verlichting geeft,
Of liever hand wil ik zijn die steeds streelt.
‘k Wil leven maar nooit weten dat ik ben.
Ik wil droom op de vermoeide ogen zijn,
of de luchtspiegeling die soms verschijnt,
en niet vraagt of iemand haar ziet of niet.
De luchtspiegeling boven de laagvlakte,
Uit het zwarte hart van de oude Aarde
een diepe zucht, rijzend naar de hoge lucht.
Ik wil een draad zijn die berichten leidt,
En laat me vervangen als ik verslijt.
Of een vlot zijn onder vele zielen,
Eenvoudige, grof geknutselde schuit
die door rivieren naar zee wordt geleidt.
Ik wil de viool zijn die eeuwig huilt,
Totdat de muzikant zijn snaar neerlegt.
|